Cowgirl Kelly (deel 2: september - oktober)

9 december 2015 - Mount Isa, Australië

Ik zal eerst de globale gang van zaken beschrijven op de station voordat ik met allerlei termen ga gooien die jullie (en mij tot voor kort) niets zeggen.
Lake Nash Station is qua oppervlakte iets kleiner dan half Nederland en heeft grofweg 60.000 runderen (het land kan 100.000 stuks dragen). Twee keer per jaar worden alle weides leeggehaald (mustering), dit gebeurd met een helikopter (soms ook met een vliegtuigje), motoren en paarden. De paarden (en rijders) blijven vaak op een centrale plek bij een waterpunt of in de hoek van de weide om het vee vast te houden terwijl de helikopter en motoren het vee bij elkaar drijven (tijdens een kleinere operatie zijn een aantal paarden en een motor voldoende). Als (een deel van) het vee gedreven is moeten ze naar de dichtstbijzijnde yards (stalen hekconstructie) worden gelopen. Eén of twee paarden lopen aan de leiding, zij bepalen de richting en snelheid van de kudde; één paard per vleugel, zij zorgen dat de kudde bij elkaar blijft; één of twee paarden achterop om het vee voort te duwen; en één of twee motoren die helpen waar nodig. Vaak worden er tijdens het lopen nog vele koeien toegevoegd door de helikopter en motoren.
Eenmaal in de yards worden ze uit gesorteerd: kalveren, jonge stieren, (niet) zwangere koeien, vette koeien, vette stieren en fokstieren. De jonge kalfjes worden behandeld (mannetjes: sterilisatie, oortags rechts, en brandmerk; vrouwtjes: oortags links en rechts, en brandmerk); kalveren die zes maanden gezoogd zijn worden gescheiden van de moeder en naar kalverkamp (weaner camp) gebracht; niet zwangere koeien en fokstieren gaan naar de fokweides; zwangere koeien naar voedselrijke weides; en vette koeien en stieren naar de slacht, ander station van dezelfde eigenaar of op levend transport maar Azië. Het vervoer naar de betreffende weides gaat lopend (grote aantallen) of in de road train.
In weaner camp worden de kalveren gevaccineerd, krijgen ze nog een oortag en worden ze getraind. De training houdt in: wennen en gehoorzamen aan paarden en motoren, bij elkaar blijven in de kudde, rustig lopen in een kudde, bekend maken met de yards, etc. Dit maakt werken met vee later makkelijker. Daarna worden de kalveren naar de weides gelopen.
Een grote verzamelronde duurt zo’n twee maanden. Tussen de grote rondes in wordt tussentijds het vee verplaatst, verzameld voor verkoop, etc.
Vanwege de grote oppervlakte van de station is de reistijd te lang om vanuit de homestead (waar iedereen woont) te werken. De veedrijvers/ringers/jackaroos/jillaroos/cowboys/cowgirls werken daarom vanuit een mobiel kamp (stock camp). Dit is een trailer met keuken, douche, generator, en water die steeds verreden wordt naar de betreffende yards. Slapen gebeurd in swags op stretchers, onder de sterren en het toilet is een bosje/boom/gat/heuvel. Gemiddeld werken er zeven mensen in stock camp, plus kok. Zij kamperen vrijwel continue in de bush.
De mensen in weaner camp wonen op de homestead (reistijd van 30 min naar de yards), evenals de managers, monteurs, bore runners (zij checken elke dag alle waterpunten), etc.

Mijn eerste taak was het tijdelijk vervangen van de kampkok, zij was twee weken op vakantie. Aangezien de zomer op komst is en de zon eerder op komt werd het ontbijt vervroegd naar 05:00 uur. Voor mij betekende dat dat ik om vier uur in de keuken moest staan.. Op musterdagen maken ze ’s ochtends zelf lunchpakketten (ik moest wel alles voorbereiden en klaarzetten), op yardwerk dagen kwamen de mannen, en vrouw, rond 09:00 uur voor smoko (warm hartig en zoet eten) en rond 13:00 uur voor lunch terug. Het avondeten was rond half acht. Eén keer per maand worden alle producten besteld en opgehaald wat betekend dat je veel met lang houdbare producten werkt: melkpoeder, bevroren groente en vlees, blikken, poeders, etc. Daarnaast slachten we ons eigen vee voor consumptie, de stukken hangen dan klaar voor gebruik in de koeling. Veda de stationkok vertelde gelukkig welk stuk je voor wat gebruikt. Het was dus best een uitdaging om met deze producten steeds iets nieuws te maken. Soms kreeg ik kip binnen en dan was iedereen dolgelukkig dat het eens ander vlees was! (De kippen waren trouwens heel, wel geplukt, dus daar heb ik wel even mee geworsteld i.p.v. supermarket-kip, haha). Ook cake- en taartmixen moest ik zelf maken met zelfrijzend bakmeel, bloem, soda, etc., geen Dr. Oetker pakjes in de outback :-p
De dagen waren erg lang (als eerste op en als laatste naar bed), zeker op musterdagen als iedereen weg is, maar de job gaf wel voldoening. Zonder een goede hap kan dit werk niet gedaan worden. Op yarddagen was ik ’s middags in mijn dode uurtjes vaak in de yards te vinden: helpen bij zwangerschapstesten, kalfjes vangen, koeien door de yards drijven, vee weglopen, etc.

Na twee weken kwam de kok terug en werd ik in weaner camp geplaatst, en dus weer terug op de homestead (en bij Ben). Maar eerst stond een lang weekend samen weg op de planning, een combinatie van vissen en kamperen bij Lake Moondarra en genieten van de stad. Dit was de meest minimale kampeerervaring ooit maar ik moet toegeven dat ik ervan genoten heb. Matras, dekens en kussens achter in de pick-up vormden het bed, koelbox, watertankje, stoelen, en brandhout is alles dat je nodig hebt (ontbreken van toilet was ik inmiddels wel gewend van stock camp, en douchen kan ook de volgende dag (nooit gedacht dat ik dat ooit zou zeggen :p)). En geparkeerd aan het water was perfect voor Ben’s vroege-ochtend-vissessie. Koken op een vuurtje en slapen onder de sterren gaven wel een ultiem gevoel van vrijheid. Maar het hotel de nacht erna heb ik extra gewaardeerd: knappe douche en toilet, televisie in de kamer. Wat je al niet gelukkig kan maken wanneer je niet zoveel hebt (geen TV in ons kwartier, camping badhok). De cocktails en het luxe driegangendiner waren dan ook fantastisch :p 
De directe aanleiding voor deze trip naar Isa was trouwens het aanvragen van Ben’s paspoort. Dat is namelijk wel belangrijk als je naar Nederland wilt vliegen ;- )

Weaner camp wordt gerund door een Aboriginal (hier zeggen ze “black fella”) en dat betekend dat het allemaal wat rustiger gaat en fouten maken niet zo erg is, kortom een goede leerplek voor onervaren Kelly.
Nadat er een weide gemusterd en verwerkt is worden de kalveren per road train naar weaner camp gebracht. Wij (vier black fella’s en ik) tellen en sorteren ze, vaccineren, taggen en trainen ze. Trainen gebeurd te paard en met een constante instroom van kalveren, het weglopen van de kalveren naar de weides en tussentijdse muster rondes, rijd ik dagelijks paard. In het begin kwam ik er zo kreupel af.. Iedereen heeft twee a drie werkpaarden, welke om de dag gereden worden. Iedereen zorgt voor zijn eigen paard en slaat zelf de hoefijzers.

Tussendoor ben ik ook nog een aantal keer op ‘town run’ geweest en heb geholpen bij een ‘killer’. Eden ‘town run’ betekend dat je ‘s ochtends na het ontbijt met een lege auto 2,5 uur naar Isa hobbelt, de hele dag bestellingen ophaalt (waar bijna altijd iets mis mee is) en dan vervolgens met een afgeladen auto weer terug hobbelt over de zandwegen. Een ‘killer’ is een rund voor eigen consumptie, gemiddeld 1 in 14 dagen. Het hele gebeuren (schieten, villen, opsnijden, ophangen) is wat luguber (dus geen foto’s hiervan), maar het is ons eten en daarom kon ik het objectief doen. Ik ben geen grote vleeseter maar voor zo’n vers stuk biefstuk kan je mij wakker maken ;- ) 

Mijn laatste opdracht voor vertrek was het assisteren van stock camp bij het musteren van 4000 jonge koeien. Wat een gigantische hoeveelheid! En wat een gigantische druk om de hele kudde op de plaats van bestemming te krijgen zonder ze te verliezen! Vooral de jonge runderen zijn erg energiek en nog niet zo bekend met de hele operatie en rennen in het begin van hot naar her, ontzettend frustrerend. Uiteindelijk is het gelukt maar dat heeft mij wat bloed, zweet en tranen gekost. Het gevoel van succes aan het einde was het zeker waard.

Deze twee maanden als cowgirl zijn omgevlogen! Het was ontzettend leuk maar ook ontzettend zwaar: psychisch zwaar omdat werkelijk ALLES nieuw was en ik geen flauw benul had van het gehele proces waardoor ik nogal eens de verkeerde dingen deed, en ook vanwege de afgeslotenheid van de buitenwereld (geen mobiel bereik, minimaal/geen internet, geen TV); fysiek zwaar vanwege de aard van het werk (lichamelijk intensief, lange werkdagen, zeven dagen per week) en de omstandigheden (40 graden, heel veel vliegen, minimale voorzieningen).
Dit heeft natuurlijk ook z’n voordelen: het leven en werk op de station heeft mij ontzettend uitgedaagd (zeker ver uit mijn comfort zone), veel geleerd, en nieuwe inzichten gegeven (leven met de basics, daar genoegen mee nemen, en zelfs gelukkig mee zijn). Ik was veilig van terroristische aanslagen (een bom in de woestijn heeft niet zoveel effect) en ik heb een kant van Australië meegemaakt die niet veel mensen (inclusief vele Aussies zelf) meemaken, en ik ben best wel trots dat ik het heb geflikt!

Op http://www.centralstation.net.au/meet-the-crew/lake-nash-station/ kun je een aantal blogs lezen van onder andere Jonesy (bore runner) en Tash (kamp kok) en andere stations.

Mijn rol voor het volgende seizoen (maart t/m november) is nog niet zeker dus ik kan nog geen nieuwe outback avonturen beloven. Maar het volgende verhaal over Fiji zal vast ook goed zijn :p 

Liefs Kelly

PS. Je hebt misschien wel meegekregen dat ik mijn telefoon een tijdje terug verloren ben tijdens het paardrijden. Ik heb inmiddels een nieuwe (zelfde nr. +61 401 174 033) maar ben al mijn nummers kwijt. Dus als ik niet gereageerd heb op je bericht, verjaardag, o.i.d., mijn excuses.

PPS. Ben en ik zijn vanaf 13 januari voor vier weken in Nederland. We zien je dan! 

1 Reactie

  1. Paps:
    9 december 2015
    Een lang verhaal om lange dagen te beschrijven!!
    Ben trots op je dat je dit allemaal gedaan en vol gehouden hebt.